Scan eerder gehoord

Eerder gehoord: Vier zetels voor extreem rechts

‘De vreemdeling die (…) vandaag een wandelingetje door de stad zou hebben gedaan, zou zeker niet tot het vermoeden zijn gekomen, dat er vandaag zoo iets bijzonders als een gemeenteraadsverkiezing aan den gang was. Het was inderdaad opmerkelijk stil in de stad.’

De verbazing van de verslaggever van Het Vaderland was begrijpelijk. De verkiezingen van woensdag 19 juni 1935 werden door politici zelf gezien als een lakmoesproef voor de democratie. Dat jaar stonden er voor het eerst kandidaten op het stembiljet die er fascistische ideeën op nahielden. De astronomisch hoge werkloosheid – veroorzaakt door de economische wereldcrisis en verergerd door Haagse bezuinigingen – blies wind in hun zeilen. Daarom was de grote vraag aan de vooravond van deze gemeenteraadsverkiezingen: hoeveel Hagenaars zouden zich laten verleiden tot een proteststem op extreemrechts?

De NSB deed niet mee in de stad. Dat scheelde. In april waren er al verkiezingen voor de Provinciale Staten gehouden, en toen scoorden de zwarthemden van Anton Mussert 12 procent van de stemmen in Den Haag. ‘De eerste bres in het front der opgejaagde regenten is geslagen,’ jubelde de ‘Leider’ toen. Maar de gemeenteraadsverkiezingen zouden geen tweede bres worden waardoor de NSB het politieke bestel kon binnenglippen. Mussert verklaarde namelijk geen belangstelling te hebben voor de lokale politiek. Zijn werk, het slopen van de democratie, kon effectiever worden verricht op het Binnenhof. Wel riep hij zijn aanhang op om te stemmen om een geestverwante partij: het Verbond voor Nationaal Herstel.

Wantrouwen en verwarring

Het VNH trapte half februari de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen af in feestzaal De Galerij aan de Laan van Meerdervoort. De voorzitter van de afdeling Den Haag, generaal H.A. Seyffardt, die tijdens de Duitse bezetting bekendheid zou krijgen vanwege zijn propagandarol voor de Waffen-SS, opende de vergadering. Vervolgens lichtten andere sprekers het verkiezingsprogramma toe, dat als motto droeg: ‘Ter bestrijding van Marxisme en partijpolitiek’.

Na de Kamerverkiezingen van 1933 kreeg redacteur van het Haagsch Maandblad W.M. Westerman een zetel in de Kamer. De partij deed het ook toen goed in Den Haag.
IISG

‘Wanneer zal het “proletariërs aller landen vereenigt u” worden vervangen door “landgenooten vereenigt u”?’ vroeg kandidaat F.J. Paans retorisch aan de aanwezigen in de zaal. Voor communisten was in de gemeenteraad sowieso geen plaats meer. Een ander programmapunt was ‘uitstooting van alle revolutionaire elementen uit gemeentedienst en onderwijs’. Socialistische ambtenaren zouden hun baan verliezen.

Voor de gevestigde partijen waren dit standpunten om van te rillen. De lijsttrekker van de Vrijzinnig-Democratische Bond, M. Joëls, begreep wat er bij de komende verkiezingen op het spel stond. ‘Om het behoud van de democratie’, zo luidde de titel van de toespraak die hij op 15 april hield voor zijn aanhang in lunchroom Webo.

‘Spreker begon met te constateeren, dat sinds de invoering van het algemeen kiesrecht niet eenige verkiezing onder dermate abnormale omstandigheden heeft plaats gevonden als thans het geval is,’ tekende een aanwezige journalist van de Haagsche Courant op. ‘De algemeene malaise, de steeds verder woekerende crisisnood met haar ontzaglijke en ontstellende werkloosheid en voortgaande verarming maakt eenerzijds de geesten opstandig, anderzijds de geesten apathisch. Deze mentaliteit kan de democratie noodlottig worden, indien deze niet voldoende krachten ter beschikking heeft om te strijden voor haar groote waarden.’ Ook de lijsttrekker van de Christelijk-Historische Unie zei in een toespraak dat de aanstaande verkiezingen van grote betekenis waren, ‘omdat er krachten en stroomingen zijn, bedacht op het zaaien van wantrouwen en het kweken van verwarring’.

Verkiezingsmoe

Zagen de Haagse kiezers de ernst van het moment ook in? De opkomst op 19 juni was in elk geval lager dan bij de Provinciale Statenverkiezingen, twee maanden eerder. Misschien waren sommigen verkiezingsmoe. Voor de vrijzinnig-democraten, die zo hadden gehamerd op het behoud van de democratie, was de uitslag teleurstellend: van de drie raadszetels die zij hadden, hielden ze er maar een over. Daar stond tegenover dat de sociaal-democraten glansrijk wonnen: hun partij ging van veertien naar zeventien zetels en bleef verreweg de grootste in Den Haag.

En wat deed het Verbond voor Nationaal Herstel? Vier zetels, uit het niets. Van de Haagse kiezers had 9,2 procent zijn stem aan de fascisten gegeven. Te weinig om de lokale democratie echt te kunnen bedreigen, maar te veel om rustig te gaan slapen.

Door Bas Kromhout

Facebook
Twitter
LinkedIn

Het voorjaarsnummer is verschenen!

Dit nummer is verkrijgbaar in de Haagse boekhandels en tijdschriftenwinkels voor € 8,75 per exemplaar. Wil je geen uitgave missen, neem dan een abonnement. Met een abonnementsprijs van slechts € 34,- per jaar voor 4 nummers houden wij zelfs de spreekwoordelijke Haagse zuinigheid in ere.
Nieuw nummer
Sluit Menu