NSB’ers worden gearresteerd op de Parallelweg. 
Afbeelding Haags Gemeentearchief

‘Een algehele haat was losgebroken’

Nr. 15 voorjaar 2020

Meteen na de bevrijding koelen de boze burgers van Den Haag hun woede op iedereen die in hun ogen maar fout is. Waar de arrestanten naar toe moeten is niet geregeld. Dora Lignac, werkzaam bij de kinderpolitie, wordt commandant van de Centrale Verzamelbewaarplaats voor vrouwen in Den Haag, eerst in het R.K. Meisjes Lyceum, daarna in de Strafgevangenis van Scheveningen.

Verslag Centrale Verzamelbewaarplaats voor vrouwen in Den Haag 10 mei – 1 sep 1945

Donderdag 10 mei 1945

9.30 uur

Inspecteur van der Ham vraagt telefonisch of ik beschikbaar ben voor eventuele leiding van een arrestantenbewaarplaats. Ik zeg voorlopig bereid te zijn en krijg na een kwartier telefonisch bericht:

De algemene commandant van de arrestatieploegen heeft u benoemd tot commandante van de te vormen bewaarplaats voor vrouwelijke arrestanten. Rekent u er op vanavond om 8 uur ongeveer 400 vrouwen te krijgen. Hoe en waar u ze wilt onderbrengen, moet u zelf maar uitzoeken.

Dora rijdt naar de Loosduinseweg, waar in Garage van Grieken een paar honderd mannen en vrouwen door elkaar liggen op een dunne laag stro, vervuild en verhongerd. Op naar de remiseloods van Van Gend en Loos aan de Rijswijkse weg. De toestand is hetzelfde. De Groente- en Fruithallen: idem dito.

Het RK. MeisjesLyceum komt ter beschikking van de vrouwen. In Zoetermeer wordt stro gehaald – dat is in de stad niet meer te krijgen. Eten is er niet.

Om 11.15 verschijnt een vrachtauto met stro, dat vliegensvlug in de ongereinigde gymzaal wordt gesmeten. Om 11.30 in het pikdonker, staan 387 vrouwen, onder sterke bewaking, voor de deur, dodelijk vermoeid, met afgezakte kousen, zonder korsetten, met loshangende haren, terwijl zij in drie dagen nog niet hebben gegeten. Zij stuntelen naar binnen met verbeten gezichten en worden als schapen opgestapeld naast elkaar in de gymnastiekzaal.

Er vormt zich een ploeg van typiste, visiteuses, secretaresses, een administrateur en bewaking – niet allemaal opgewassen tegen hun taak. Met man en macht proberen ze de school in orde te maken. Het is stralend weer, de vrouwen worden zo lang gestald op de tennisbaan. Er komen wat gamellen met dunne soep. De wc’s raken verstopt met maandverband. Er zijn veel 65 plussers en zieken.

Steeds meer vrouwen worden binnengebracht. ‘Zeer velen zijn niet geregistreerd, doch slechts aangebracht door de woedende bevolking,’ schrijft Dora. Soms komt er iemand langs voor een verhoor. Van veel vrouwen zijn de kinderen thuis onverzorgd achtergebleven. Hier wordt de kinderpolitie op gezet.

 De vrouwen zijn rustig doch hongerig en stinkend. Wij werken de hele nacht door. Slapen slechts 1 1/2 uur. Ook voor ons is er geen eten.

Ik wordt gewekt door schoten in de gang. Groot kabaal en gelach als van mensen die niet geheel meer nuchter zijn. De staf van de voorpost zijn op een branieachtige wijze aan het fuiven geslagen, waarbij veel jenever en andere lekkernijen ter tafel gekomen zijn, waarna zij in de gangen in de grond geschoten hebben.

De oude Mejuffrouw Remmers is vreemd geworden en ‘draaft rond het Wilhelmus zingende en scheldende op de Russen, die haar alles af hebben genomen.’ Ze wordt opgesloten in een leeg lokaal.

De bevolking blijft voortgaan met arresteren, ‘de haat tegen de NSB is zeer groot. Meisjes en vrouwen worden binnengebracht met kaalgeknipte half oranjeachtige hoofden, soms ernstig verwond en mishandeld.’ Gevangenen worden vrijgelaten, maar komen weer terug omdat ze geen onderdak kunnen vinden, onder wie een zwangere vrouw.

Een echtpaar zit van ‘s-morgens vroeg tot ‘s-avonds laat met lectuur en thermosfles bij de ingang van het Huis van Bewaring om de vernedering van hun kwelgeesten te aanschouwen. | Afbeelding: Anefo/ Nationaal Archief

‘De BS-bewaking zijn ongeschoolde jongelui, voorzien van een stan-gun (f 3,75), dat op alle mogelijke momenten per ongeluk afgaat.’ Steeds weer raken de wc’s verstopt en als de vrouwen zich gaan wassen stroomt de kelder over. Een luizencommissie van arrestanten is de hele dag bezig met kammen en scheren. Er is meer eten, maar de arrestanten zelf eten laten opscheppen lukt niet. Ze bestelen elkaar voortdurend.

Strooptocht

De 500 gevangenen gaan naar de strafgevangenis in Scheveningen. ‘Aangekomen bij de lugubere hoge muur van het Oranjehotel gaat een kreet van afgrijzen op’. Ze worden ondergebracht in half afgebouwde cellenbarakken, die nauwelijks bewoonbaar zijn. ‘Merendeel zijn zij in tranen door de wanhopig slechte en lugubere omgeving.’

Er is geen elektriciteit, geen wc’s en geen meubilair. Er worden wat tonnetjes uit het lyceum gehaald. En met één lekke emmer, één stoffer en wat oude lappen moeten de arrestanten hun cellen schoonmaken. In het lyceum steelt de BS uit de achtergebleven voorraden en goederen.

‘Ik verzamel de gevangenen op de gang, om met hen de nieuwe maatregelen van orde te bespreken. Zij zijn zeer geschikt en bereid tot alles, hoewel een gedeelte opstandig blijft over de omstandigheden waarin zij verkeren.’ Zelf bivakkeert Dora ook in een cel.

Langzaam aan probeert ze het complex bewoonbaar te maken. Een strooptocht door de gebouwen levert wat meubilair, drinkbekers en ‘schaftjes’ op. Na een week ontdekken ze 20 douchecellen, zes wc’s en een complete badkamer. De bibliothecaris gaat op zoek naar verdwenen boeken, katholieke en protestantse diensten worden druk bezocht.

Op 9 juni word ik op een tea genodigd in Restaurant Royal, georganiseerd door twee societydames. Het blijkt een onsympathieke snobistische geschiedenis. De aanwezigen worden vergast door overdaad van de fijnste taarten, cakes, thee en likeuren, terwijl de burgerbevolking nog honger lijdt. Het geheel is typisch Haags.

Feestavond

Dora heeft hart voor haar vrouwen. Als de ‘Canadese’ commandant van het deel waar oorlogsmisdadigers en Duitse militairen worden vastgehouden (‘Zeer ongunstig van uiterlijk, heeft een steenpuist op zijn kin en gedraagt zich heel onhebbelijk’) ‘enige vrouwtjes’ komt uitzoeken, bij voorkeur werkzaam bij SD, Gestapo of Sipo, laat ze ze met node gaan en wringt zich in bochten om nog wat zorg te kunnen verlenen.

En terecht, want de gevangenen worden er mishandeld, en na een beruchte uit de hand gelopen feestavond blijkt de commandant, aldus Dora, ‘ondergedoken WA-man Gritter’ en wordt het hele personeel er gearresteerd wegens diefstal.

In de maanden die volgen bezoekt Dora andere vrouwenkampen in Nederland, met als gruwelijk dieptepunt Kamp Erica in Ommen, waar duizenden mannen en vrouwen worden vastgehouden. De omstandigheden zijn er niet slecht, maar men is nog bezig de massagraven uit de oorlog te openen. ‘De lijken werden successievelijk opgedolven door de hoofdbeul, thans gevangene, die momenteel rondloopt met een geheel verbonden hoofd, omdat iemand hem in een onbewaakt ogenblik beide oren heeft afgesneden.’

Terug in Scheveningen komt er langzaam aan wat werk binnen voor de vrouwen: typen voor het bureau voor Chemische producen, gymschoenen fabriceren en overalls markeren voor Vredestein. Arrestante Schultz heeft twee open veiligheidsspelden ingeslikt en moet in de strafcel tot ze beide weer kan overhandigen – ze krijgt daartoe grote hoeveelheden stamppot. De vrouwen blijken het niet erg te vinden om ondergoed, dat lastig te merken is, te delen. Bezoekende paters blijken protestanten te bekeren en smokkelen brieven naar buiten.

Reclassering

Dora’s ‘aantekeningen over gebeurtenissen in de Centrale Verzamelbewaarplaats voor Vrouwen in Scheveningen, 10 mei 1945-29 juli 1946’ zijn nog niet openbaar, net als stukken uit haar tijd als inspectrice van vrouwenbewaarplaatsen bij de Bijzondere Rechtspleging, de functie die ze vervult vanaf 1946, tegelijk met haar lidmaatschap van de Stichting Toezicht Politiek Delinquenten.

Maar de conclusies uit haar ervaringen zijn duidelijk. Nederland was volstrekt onvoorbereid op de internering van 100.000 mensen, legt ze uit in een ‘causerie’ voor het Nederlands Vrouwencomité op 29 juli 1946. Materieel maar ook geestelijk:

Een algeheele haat was losgebroken, die primitieve compensatie zocht op de wijze van: ‘leer om leer, jullie hebben ons jarenlang geterroriseerd, nu zullen wij jullie eens laten voelen wat het is’. Het is zo verleidelijk om iemand die niets terug kan doen, met daden of met woorden te trappen en zo jezelf te ontladen van de opgekropte spanningen der oorlogsjaren.

Slechts 10% van de vrouwen is overtuigd nationaal-socialist, maar ze waarschuwt voor radicalisering van de rest onder druk van de slechte omstandigheden. Groot is de bezorgdheid over hun kinderen, die niet maatschappelijk moeten worden uitgesloten. Daarom heeft ze zich ingezet voor een terugkeer in de samenleving van de vrouwen op haar afdeling. Meerdere malen voert ze gesprekken over hun reclassering.

Als commandante is Dora Lignac dan ook geliefd onder de gevangenen. Bij haar vertrek ontvangt ze tekeningen en gedichtjes. ‘Al vervult Uw afscheid ons nu met groote spijt, zijn wij allen met Uw promotie zeer verblijd,’ schrijft een aantal vrouwen, ‘Lang leve Juffrouw Lignac, onze “ex-Commandant”!’

*

Foto: HGA

Kamp Duindorp

Vele duizenden Hagenaars uit de kustwijken moesten tussen eind 1942 en medio 1943 huis en haard verlaten. Alle woongebieden ten westen van de (anti)tankgracht die werd aangelegd als onderdeel van de Duitse Atlantikwall, kregen de status van militaire zone.

Na mei 1945 keerden de verdrevenen geleidelijk weer terug naar hun verwaarloosde woningen en tot jungle verworden tuinen, maar dat gold niet voor de bewoners van Duindorp. Hun wijk werd van overheidswege ingericht als interneringskamp voor alle gearresteerde (mannelijke) bewoners uit de regio Den Haag die van collaboratie met de bezetters werden verdacht. Over het land verspreid waren er tussen de 130 en 180 van deze kampen.

Rond heel Duindorp was een hoog hek gezet, waarlangs bewapende militaire bewakers surveilleerden. Ook waren er ‘interne bewakers’, meestal mensen uit het voormalig verzet. De gevangenen – voormalige actieve NSB’ers, maar ook zwarthandelaren, Nederlandse SS’ers of ondernemers die voor de Duitsers hadden gewerkt – moesten in het kamp blijven in afwachting van onderzoek naar hun handel en wandel of hun berechting. Er waren overigens ook geïnterneerden die uiteindelijk niets op hun geweten bleken te hebben en dus geheel ten onrechte waren vastgezet.

Aanvankelijk was het de bedoeling de kampbewoners de vele vernielde huizen in Duindorp te laten repareren, maar dat plan kwam nauwelijks van de grond, met name door gebrek aan bouwmaterialen en technische expertise.

Een voorstel in augustus ‘45 om ‘lichte gevallen’ vrij te laten voor de winter aanbreekt, stuit op veel protest in Nederland. Afbeelding: Beeldbank wo2-NIOD

De levensomstandigheden in het kamp waren slecht. De gedetineerden woonden in vervuilde huizen die jaren leeg hadden gestaan. Er was nauwelijks elektriciteit en de meeste woningen hadden geen verwarming. Door een groot tekort aan bedden sliepen veel mannen op strozakken op de grond. Verder ontbrak het aan sociale zorg en aan mogelijkheden tot recreatie. Verveling, gebrek aan contact met de buitenwereld en frustraties over de lange duur van de onderzoeksprocedures leidden geregeld tot zelfmoordpogingen, ontsnappingsplannen en onrust.

In juni 1946 barstte de bom. Er ontstond een opstand die enkele dagen duurde, waarbij bewakers werden belaagd met onder meer stenen en dakpannen. Politie en leger maakten met overmacht een eind aan het oproer, waarbij twee geïnterneerden werden doodgeschoten. Ruim 2000 gevangenen werden daarop overgeplaatst naar andere kampen.

In totaal zijn in de loop der tijd ruim 6000 mannen in Kamp Duindorp ondergebracht. Pas in de zomer van 1947 verlieten de laatste geïnterneerden de wijk, waarna de oorspronkelijke bewoners konden terugkeren.

Via YouTube is nog de in 1998 gemaakte tv-documentaire Kamp Duindorp van VARA-journalist Hans Polak te zien.

Dick van Rietschoten

Hoofdfoto: NSB’ers worden gearresteerd op de Parallelweg. (Haags Gemeentearchief)

Facebook
Twitter
LinkedIn

Het lentenummer is verschenen!

Dit nummer is verkrijgbaar in de Haagse boekhandels en tijdschriftenwinkels voor € 7,50 per exemplaar. Wil je geen uitgave missen, neem dan een abonnement en ontvang vier nummers voor € 31,50.
Nieuw nummer
Sluit Menu